woensdag 4 augustus 2010

Voor Heur

Nog vier dagen...

Lang en klein

Ik tel dagen af. Zondag betreed ik nieuw terrein. Meer stappen achter elkaar dan ooit hiervoor. Verder, langer. Veel verder, veel langer. Ik bedenk wat dat kan betekenen. Meer spierpijn? Meer honger onderweg? Moet ik eten onderweg, en wat dan? Koekjes of van die snickerachtigen bevallen nooit zo bij inspanning. Een banaan wel, maar om nou op bananen te gaan? Een droge worst? Een rijpe avocado, misschien. Dat plamuurt lekker. Beetje zout en peper erop, wat olie.... Wordt wel een prakje in de rugzak, maar alles zal wel een prakje worden. Hersens, spieren, maag, enkels.

Het is ultra-bekend, aan gene zijde van wat ik ken. Wat zei Gideon ook al weer? ‘Niet in afstand denken. Tijd is je vriend, niet een vijand waartegen je strijdt. Het is leuk om te doen. Dus hoe langer het duurt, hoe groter de fun.’ Mooie gedachte, hoop dat het werkt. Niet te hard van start gaan, in de verste verte niet in de buurt komen van mijn grenzen. Gereserveerd lopen, krachten sparen, het lijf voeden en laven, leegte in mijn hoofd, niet denken.


Ik denk terug aan Battice, Gougnies, Ohm. Mijn enige ervaringen boven de drie uur. Na een kilometer of dertig word je gewoon heel erg moe. En heuveltjes zijn killers, als ze wat langer duren. ‘Tijd win je in de afdaling, niet bij het stijgen’. Maar dat is net mijn zwakte, afdalen. Twijfels, onbekend terrein.

Misschien moet ik me focussen op het nieuwe, het frisse. Onbevangen alles op me af laten komen met een minimale strategie. 10 uur doen over 56 km is wandelen. Dat moet wel sneller. 7 uur is een mooie tijd, en alleen als het stijgen meevalt een theoretisch haalbare tijd. Ik denk dat er pas na het eerste rondje van 35 iets over te zeggen valt. Stiekem denk ik toch weer in tijden. De eindstreep halen is het hoofddoel. Dat eerste rondje moet ik zonder schade zien te overbruggen. Geen gels tot dat punt. Bananen en water de eerste uren en misschien wat van die mueslibar achtigen. Van tevoren yoghurt met paardenvoer, dat werkte de laatste keer ook aardig.

Verder klein worden. Weinig plek innemen. De kern overeind houden en meer niet. Respect voor de wedstrijd. Het zal vooral toch een strijd met mezelf worden. Iedere stap is er weer een.

Zo wat lopen. Strand, blote voeten door het water. Kop in de regen. Kleiner worden!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten